Orosius: Quoniam
legitur angelus malus et in ewangelio malus homo de malo thesauro
profert malum, doceri velim si homo vel angeli natura sint mali.
[In PL luidt de vraag: Cum Deus omnia bona creaverit, nihilque
sit quod non ab illo conditum sit, unde malum?]
|
Orosius: We lezen "de slechte engel" en in het evangelie
een slecht mens brengt uit zijn schat van slechtheid het kwaad
voort
[Mt. 12: 35. De Vulgaat heeft in plaats van
malum mala, slechte dingen]. Ik zou daarom graag willen
weten of de mens of de engelen van nature slecht zijn.
[PL: Als God alle dingen goed heeft geschapen, en er niets bestaat
dat niet door hem gemaakt is, waar komt het kwaad dan vandaan?]
|
Agustinus: Malum
natura non est, sed per vacione [ms: pervacione; PL: privatio]
boni hoc nomen accepit. Denique bonum
potest esse sine malo. Malum non potest esse sine bono, nec potest esse sine malo
ubi non fuerit bonum. Ac per hoc dicimus et angelum malum et angelum bonum,
et hominem bonum et hominem malum. Sed bonum quia angelus, malum quia viciosus.
Similiter et de homine intelligitur. Ideoque quando dicimus bonum, naturam
laudamus quia bonum nature deprehendimus. Quando dicimus malum, non naturam
sed vicium [PL add.: quod est bonae naturae contrarium]
condempnamus.
|
Augustinus: Het kwaad bestaat niet van nature, dat wil zeggen: door de afwezigheid
van het goede neemt het die naam aan. Tenslotte
kan het goede bestaan zonder het kwade. Het kwaad kan echter niet
bestaan zonder het goede, noch kan er iets bestaan zonder kwaad, als
daar niet het goede zou zijn. En zo hebben we het dus over goede
engelen en slechte engelen, en goede mensen en slechte mensen. [Een
slechte engel] is goed omdat hij een engel is, slecht omdat hij zondig is.
Voor de mens geldt hetzelfde. Dus als we iets goed noemen, prijzen we
de natuur, omdat we het goede van de natuur opmerken. Als we hen slecht noemen,
veroordelen we niet de natuur, maar de zonde, [het tegenovergestelde
van het goede van de natuur].
|
[f. 277v ] Orosius: Omnes
angeli equales an inequales sunt creati? Et si equales, cur non omnes firmi
et stabiles fuerunt? Si vero inequales, quomodo aly presciencie stabilitatem
accipere meruerunt, et alij futurum in se casum minime previdere potuerunt?
|
[f. 277v] Orosius: Zijn alle engelen gelijk of ongelijk geschapen?
En indien gelijk, waarom zijn ze niet allemaal sterk en standvastig? Indien
daarentegen ongelijk: waarom mogen sommige engelen de toekomst kennen en
andere helemaal niet?
|
Agustinus: Omnes
quidem angeli equales creati sunt. Sed cadentibus alys per superbiam,
ceteri Deo pia obediencia coheserunt, accipientes certam sapienciam
[PL: scientiam] seu
stabilitatem, quam illi numquam habuerunt. Sed sic sunt gracia Dei in omnibus
circumdati, ut numquam possint cadere a beata vita qua fruuntur Deo coherentes.
|
Augustinus: Alle engelen zijn gelijk geschapen. Maar
terwijl er een aantal zijn gevallen door hun hoogmoed, zijn de anderen bij
God gebleven, met vrome gehoorzaamheid, en krijgen ze zekere, vaste kennis,
die de [gevallen engelen] nooit zouden hebben. Maar zo zijn de genades van
God over allen verdeeld, dat degenen die dicht bij God blijven nooit het
gelukzalige leven zullen verliezen.
|